Sinds de jaren 1990 heeft de Europese Unie (EU) intensief samengewerkt met niet-EU landen om irreguliere migratie te ontmoedigen en de terugkeer van migranten zonder wettig verblijf te bevorderen. Ondanks jarenlange inspanningen blijkt uit recent onderzoek dat de ontradingscampagnes voor migranten weinig effect hebben, en dat uitwijzingen van migranten zonder wettig verblijf niet zo eenvoudig op te drijven zijn, zoals veel politici willen doen geloven.
VUB-onderzoeker Omar Cham, onderzocht reacties van Gambiaanse actoren op het EU-migratiebeleid, en onthulde de inefficiëntie van dit migratiebeleid. Gambia, een prioritaire partner voor de EU, is vaak het mikpunt van migratie-ontradingscommunicatie en druk om samen te werken bij deportaties van irreguliere migranten. In zijn onderzoek heeft Cham de reacties bestudeerd van zowel de politieke elite als gewone burgers in Gambia.
De bevindingen dragen bij aan een beter begrip van de complexiteit van migratiebeslissingen, de zeer beperkte invloed van ontradingscampagnes en de onterechte aanname dat niet-EU landen bereidwillig meewerken aan een deportatiebeleid van de EU of haar lidstaten. “Dit onderzoek benadrukt dat de EU, maar ook beleidsmakers in lidstaten zoals België, hun benadering moeten herzien en zich beter zouden richten op de oorzaken van migratie in plaats van enkel op afschrikking en deportatie.” besluit Cham.
Referentie:
Cham, O.N. (2024) “Even if I am going to die, I must go”: Understanding the influence of predestination thinking on migration decision-making in the Gambia. International Migration, 1–14. Available from: https://doi.org/10.1111/imig.13317